Origineel
I must confess that nothings changed for now.
While knives that line sweet conversations still find a way,
into our beds while we sleep.
Can’t you see that there’s an ocean that drawn a line,
between our bodies and our minds, we look for ghost,
and that’s what we find.
Will we bury who we loved or is the ground,
to cold to break?
Well we slept our way through knowing what to do.
Vertaling
Ik moet bekennen dat er voorlopig niets is veranderd.
Terwijl messen die zoete gesprekken bevatten nog steeds een manier vinden,
in onze bedden terwijl we slapen.
Zie je niet dat er een oceaan is die een lijn trok,
tussen ons lichaam en onze geest zoeken we naar geest,
en dat is wat we vinden.
Zullen we begraven wie we liefhadden of de grond is,
te koud om te breken?
We sliepen een weg door te weten wat we moesten doen.